Voel jij je op je werkplek ‘als een vis in het water’? Ik wel. Het voelt goed om ergens helemaal in je element te zijn. Een valkuil ligt echter op de loer: dat je inkakt. En dát is foute boel, want de beste ideeën, dus ook productinnovaties, ontstaan in disruptie. Wanneer je jezelf kritische vragen durft te stellen: ‘Wat kan er anders en wordt het dan beter, waarom en hoe?’
Om antwoorden te vinden moet je creatief zijn, buiten je kaders en gebaande wegen denken: ‘outside the box’. Leuk, maar je kan pas ergens úitstappen als je weet waar je (in) staat. Je moet je bewust zijn van je bestaande kennis, je overtuigingen en meningen; om die vervolgens állemaal in twijfel te trekken. Om te vernieuwen moet je je, bij wijze van spreken, een beetje ‘als een vis op het droge’ voelen. Want in dat schemergebied tussen wat je weet en wat nog onbekend is, daar waar je zweeft en kan vallen, kan ook ineens het lampje aangaan: Eureka!
Er is alleen een maar. Ik weet het. ‘Maar’ past niet bij omdenken. Dat gaat uit van ‘ja, én…’. Niet van ‘ja, maar…’
Die ‘maar’ zit’m in het feit dat we in een prestatiemaatschappij leven. Van jongs af aan worden we afgerekend op onze fouten en beloond om onze prestaties. Alleen als we leren lopen mogen we nog ongegeneerd vallen, opstaan en doorgaan zonder gezichtsverlies. Wie krijgt er nou een compliment voor de missers die hij gedurende zijn loopbaan of levensloop maakt? Dat maakt ons bang om risico’s te nemen. Terwijl juist in risico’s nemen de bron ligt voor leren, voor innoveren, en dus voor waardecreatie.
In een magazine lees ik een artikel met tips om het creatieve brein te bevrijden: ga naar buiten, loop een rondje, ga mediteren. Plaats jezelf in een andere omgeving.
Broedend op een groots en meeslepend levensvraagstuk doe ik het maar eens allemaal tegelijk, wel zo efficiënt. Ik trek mijn hardloopschoenen aan, ren door het bos en laat me leiden door gebaande en minder gebaande paadjes. Op de cadans van mijn voeten in en op de aarde, en op het ritme van mijn ademhaling, zoekt mijn brein naar nieuwe oplossingen. Diep in gedachten struikel ik over een boomstronk. Een kort moment zweef ik door de lucht in een andere dimensie. Dan lig ik op de grond, mijn gezicht dichtbij de aarde. Ik draai me om en zie door de bomen het bos in een heel ander perspectief. En precies dáár vind ik vandaag het antwoord op mijn vraag.
Judith Witte
[email protected]
Bron: Vakblad Voedingsindustrie 2022