Onze menselijke honger naar kennis houdt nooit op. De wetenschap staat niet stil. Onderzoek naar schadelijke gevolgen van plant-toxines, schimmels en micro-organismen heeft de afgelopen decennia geleid tot dikke boekwerken vol wetgeving. Er zijn talloze normen en regels waar we dagelijks op controleren. Door voortschrijdend inzicht en betere analysemethoden worden er nog steeds nieuwe toxines ontdekt.
Je hoort het wel rondgonzen: gaan we niet te ver? Wanneer stopt het?
Schieten we niet een beetje door met al die regeltjes?
Een paar jaar geleden, voor de coronapandemie over de wereld raasde, was ik voor mijn werk veel in India. In de top 5 van belangrijkste doodsoorzaken stonden vooral infectieziekten, vaak veroorzaakt door gebrek aan hygiëne tijdens voedselproductie en -bereiding. In Nederland staan infectieziektes niet eens in de top 10, met onze hygiëne zit het best goed. Hier wordt die sombere lijst aangevoerd door kanker, hart- en vaatziekten en obesitas. In India is voedsel vaak niet veilig. Er overlijden veel mensen door besmet voedsel, denk aan de bekende ‘Dehli Belly’.
Voedsel is in Nederland microbiologisch doorgaans zeer voedselveilig. Er wordt continu op gecontroleerd en gemonitord. Wel is het vaak te zout, te vet, te zoet, te veel. En daarmee bedreigen deze producten onze gezondheid. Het wetenschappelijke bewijs tussen oorzaak en gevolg stapelt zich op. Daarop volgt doorgaans beleid, met wetgeving met normen. En nóg meer regels.
Ik hoor de vraag weer in de discussies: Schieten we niet een beetje dóór? Is die overheidsbemoeienis echt nodig? Schieten we niet door met nieuwe toxines en nieuwe bedreigingen?
Even terug naar wat ten grondslag ligt aan die vraag, terug naar de achterliggende drijfveer voor het maken van - en je houden aan- regels en voorschriften, zoals, ik noem maar wat: niet door rood rijden, zonder alcohol de auto instappen, hygiënisch produceren. Dat is omdat we met z’n allen niet (vroegtijdig) dood willen.
Dus als iemand mij vraagt: ‘Slaan we niet een beetje door met die regelgeving en verplichte analyses, nóg strengere normen en aandacht voor voedselbeleid?’ dan is mijn antwoord:
Ik denk het niet; we willen graag leven.
Pieter Vos
Directeur Nutrilab
Bron: Vakblad Voedingsindustrie 2021