Adjiedj Bakas: 'We kijken veel te problematisch naar voedsel'
Ondernemers sociëteit voedingsindustrie
B2B Communications
Wallbrink Crossmedia
Kijk ook eens op

Adjiedj Bakas: 'We kijken veel te problema­tisch naar voedsel'

  • 14 oktober 2024
  • Door: Marjolein Straatman

De voedingsindustrie is dynamisch en bij uitstek een branche die bol staat van de ontwikkelingen en trends. Welke er spelen in de nabije toekomst? Dat vragen we aan een van Nederlands bekendste trendwatchers: Adjiedj Bakas. 

Al meer dan 30 jaar vertelt hij ons welke trends het land volgens zijn antennes staan te wachten. Een proces, dat bij Adjiedj Bakas altijd begint met intuïtie, een onderbuikgevoel waar hij vervolgens de bewijslast bij verzamelt. De trendwatcher put daarvoor uit een internationaal en gemêleerd netwerk van uitvinders, patentbureaus, mkb’ers, startups en multinationals. Zijn bevindingen over megatrends, geopolitiek en de wereldeconomie deelt hij vervolgens niet alleen als spreker, maar ook via diverse boeken. Zo nu en dan verdiept hij zich in deelonderwerpen, zoals food. 

Hoe verschilt onze manier van kijken naar voedsel nu van vroeger?

“Voor nu geldt dat onze blik op voedsel in ieder geval een stuk problematischer is geworden, in vergelijking met pakweg 15 jaar geleden. Er is een hoop schaamte. Veel wordt geweten aan het klimaat. We mogen geen (rood) vlees meer eten, want: dat is slecht voor het klimaat. Liever ook geen chocolade, want: klimaat. Nergens voor nodig. De impact op het klimaat valt reuze mee. Ja, de mensheid draagt bij aan extreem weer en klimaatverandering. Maar we moeten niet iedere regenbui wijten aan klimaatverandering. Voor klimaatextremisten is klimaat een religie geworden. Hun klimaatkerk wil een Inquisitiedemocratie invoeren en mensen straffen voor al hun geneugten. 

Ik denk terug aan de jaren ’70 waarin we ook problemen hadden, maar lang niet zo bang waren als nu. We zijn in het Westen somber gestemd, terwijl de wetenschap en technologie zich enorm hebben ontwikkeld. Er is veel waargemaakt wat vroeger sciencefiction was, denk alleen al aan de mobiele telefoon. In landen als Azië en Afrika lachen ze ons uit vanwege die problematiserende kijk. Daar weten ze dat je meer moet lachen en genieten. Hun adagium is #forwardism. Ik vind dat wij daar ook naartoe moeten.”

Als trendwatcher verdiep je je in verschillende onderwerpen. Zo ook in food, waarover je in 2012 al een boek uitbracht. De opvolger The Future of Food komt volgend voorjaar uit. Wat zal mensen daarin het meest verrassen? 

“Dat heel veel dingen die wij nu verwachten helemaal niet gaan gebeuren. Een voorbeeld? Taks op vet en suiker. Denemarken heeft al afgezien van een suikertaks bijvoorbeeld, en dat gaat hier ook gebeuren. Wat we wél zien, is dat verschillende Deense pensioenfondsen op dit moment investeren in afslankinjecties. Als over tien jaar dan toch niemand meer overgewicht heeft, kun je die taksen natuurlijk ook afschaffen. 

We hebben andere problemen aan ons hoofd. Zo is eenzaamheid veel dodelijker dan obesitas en roken. Ook moeten we manieren vinden om om te gaan met zaken als extreem weer en tegenvallende oogsten. Zo gaan meer boeren zich in de toekomst hiertegen verzekeren om het toch te kunnen redden.”

Wat zie je als belangrijkste trend onder consumenten in voedsel de komende vijf jaar?

“Er spelen verschillende ontwikkelingen. Vergrijzing is er zo eentje, die ervoor zorgt dat steeds meer mensen kleinere porties eten. Ook komt er een verdere vegetarisering van food en komen er nog meer alternatieven voor vlees op de markt. Tegelijkertijd zijn er verschillende ontwikkelingen in kweekvlees. Singapore is het eerste land wat heeft toegestaan dat het wordt verkocht. Een geweldige ontwikkeling, natuurlijk. Dat betekent dat je slachtvrij vlees kunt eten. In Nederland lopen eveneens verschillende pilots. Lollig genoeg heb ik ook het idee dat het aantal vegetariërs hierdoor op termijn afneemt. Een andere trend is dat de Nederlander het steeds meer beu is om betutteld te worden in wat hij eet. We willen onttutteld worden.”

Wat zie je nog meer voor ontwikkelingen?

“Multiculturalisering en onze reislust hebben er al voor gezorgd dat de Nederlandse keuken steeds internationaler is geworden. Die ontwikkeling zet door. De keuken wordt steeds meer verrijkt. Je kunt hierbij denken aan het gebruik van kruiden, maar ook probeert de industrie steeds meer uit in smaak. Een recente uitvinding die al gepatenteerd is, is een lepel die de smaak van zout afgeeft. Voor de smaak hoeft dat in de toekomst dus niet meer aan voedingsmiddelen te worden toegevoegd.”

Ook zie je de medicalisering van food als belangrijke trend. Wat houdt dat precies in? 

“Dat eten nog meer wordt beschouwd als medicijn. En, dat daarop wordt ingespeeld. Al gebeurt dat al enige tijd. Bittere groente zou bijvoorbeeld helpen tegen hoofdpijn, maar niet iedereen vindt dat lekker. Producenten hebben daarom het bittere uit groenten als spruitjes en witlof gehaald; die zijn minder bitter dan 20 jaar geleden. Ook in ons land worden al plantjes ontwikkeld, groente, die bijvoorbeeld naar cashewnoten smaken. Dat lust iedereen, en zo krijg je toch groente binnen. Onze oma’s wisten al dat bepaalde kruiden en groenten goed waren tegen bepaalde klachten. Die kennis wordt teruggehaald en op industriële schaal ingezet.”

Wat zie je verder als belangrijke trends voor de industrie zelf?

“De industrie heeft op dit moment de grootste problemen met energie. Olie en gas zijn duur. Maar elke oorlog eindigt op een gegeven moment aan de onderhandelingstafel en zo ook die in Oekraïne. Uiteindelijk komen Russische olie en gas via India weer naar Nederland. Bovendien bouwt de overheid nieuwe kerncentrales, dus zie ik de energiecrisis uiteindelijk wel worden opgelost. Dat moet ook wel, om ervoor te zorgen dat bedrijven in de voedingsindustrie niet naar het buitenland vertrekken. Want deindustrialisering leidt tot verarming.

Een andere trend is de opkomst van kookrobots. In verzorgingshuizen en ziekenhuizen staan ze al voor mensen klaar. Het enige wat die nog hoeven te doen, is de ingrediënten klaarzetten. De robot wast ze, snijdt, marineert en kookt. Desnoods in tien keukens tegelijk. Er is geen personeel meer nodig. In China is dat bijvoorbeeld een uitkomst, nu de bevolking er krimpt door de vergrijzing en één-kind-politiek. In Italië, waar ik op vakantie was, werd de pizza aan tafel gebracht door een robot. Ook ruimde hij de tafel af. Ik was verbaasd. Maar ook de Italianen moeten wel vanwege diezelfde vergrijzing.”

Zien we die ook in andere branches zoals de voedingsindustrie?

“Ja, ook op andere plekken gaan we robots en ook AI meer zien. Dat heeft voordelen, zo zag ik in een fabriek van Samsung waar gebruik wordt gemaakt van robots. Van elke buis in de machine-installatie zijn er bijvoorbeeld twee; valt er een uit, dan neemt de andere het over. Daar zijn geen monteurs meer voor nodig. Hyundai bouwt op dit moment zelfsturende vrachtschepen. Zo wordt het in de toekomst mogelijk om zonder personeel goederen, en ook voedsel, over de wereld te transporteren. Natuurlijk kunnen ook bedrijven in de voedingsindustrie hiermee hun voordeel doen. Voor de oogst van aardbeien worden nu nog Oost-Europeanen ingevlogen. Dat werk kun je ook laten doen door robots. Een deel van de arbeidsmigratie zal dan ook wegvallen.” 

Welke rol zie je weggelegd voor de overheid?

“Het is een van de meest vergrijsde branches van het land, daar gaan de komende tijd heel veel ambtenaren met pensioen. De overheid heeft grote ambities maar kan ze vanwege tekorten niet waarmaken. De bemoeienis met hoe gezond we eten bijvoorbeeld, is helemaal niet te handhaven. Reden waarom de al eerder genoemde taksen het niet gaan redden en de overheid zich wat dat betreft terugtrekt uit het food-domein. Bovendien moet je ook bedenken: uiteindelijk heeft iedereen natuurlijk ook zijn eigen verantwoordelijkheid.” 

www.trendsbybakas.nl

Beeld: © Billy Bob Trueblood

Bron: Vakblad Voedingsindustrie 2024