In de laatste 35 jaar ontwikkelde Boermarke zich tot een zuivelverwerker van formaat in de dessertbranche. Het kwam dan ook enigszins als een verrassing dat het bedrijf recent besloot de zuiveltak op termijn af te stoten en zich volledig te gaan focussen op plantaardige producten. Directeur Reynier Varvik vertelt waarom het voor Boermarke een logische stap was.
"In de loop van de jaren hebben we de productie van onze vegetarische yoghurts gigantisch uitgebouwd. Wij doen al jarenlang wat de klant van ons vraagt en in 2015 kwam een grote retailer bij ons langs met een aanvraag voor een kokosyoghurt. Wij dachten eerst aan een yoghurtje met de smaak kokos, maar het bleek dat hij in Engeland in aanraking was gekomen met plantaardige yoghurt. In zes weken tijd maakten we een receptuur. Daarmee ging ik terug naar de klant, zette het product op tafel en kreeg meteen een akkoord. Ik had nog nooit zo makkelijk verkocht. Ons eerste plantaardige product was geboren."
"Sindsdien is de vraag naar dergelijke producten sterk gegroeid. Omdat wij er zo vroeg bij waren, weten onze klanten ons namelijk goed te vinden. Twee jaar geleden is er nog een hele kaaslijn bijgekomen. Al die verschillende soorten producten brengen heel veel complexiteit met zich mee. Omdat de productie best vol begint te lopen, hebben wij de keuze gemaakt om onze dierlijke tak af te stoten."
"Dat ligt vooral aan de productie van een aantal vloeibare zuivelproducten. We starten op een zondagnacht bijvoorbeeld met de plantaardige producten en draaien tot en met woensdag. Daarna schakelen we over op het dierlijke product. Dat heeft een groot nadeel. Als we nog even een bestelling krijgen van tien extra pallets van een supermarktketen voor de dag erna, zitten we knel. Daar willen we vanaf."
"Voor marges op korte termijn moet je niet in deze markt stappen. Plantaardige producten vergen juist enorme investeringen. Elk dubbeltje wordt meteen in het bedrijf gepompt. Dat is nodig om de concurrentie voor te blijven, want er wordt nog heel veel in deze categorie geïnnoveerd. Daarnaast speelde mee dat we grote volumes willen draaien. In de yoghurtmarkt zijn er in Duitsland een aantal spelers waar wij niet langer tegenop willen boksen. In de plantaardige sector zijn we juist een van de grotere spelers. Met deze nieuwe stap willen we meer gebruik maken van die positie."
"Na acht jaar tijd is bijna de helft van ons volume plantaardig. Dat percentage neemt op korte termijn toe. Binnenkort gaan we namelijk voor een aantal grote partijen produceren, dat is al min of meer toegezegd. Daarnaast zijn we van plan om Europa te veroveren. Ons streven is om binnen drie jaar voor elke supermarkt in Europa een product te maken. We zijn nu nog vooral actief in Nederland en Duitsland, maar groeien sterk in Spanje, Polen, Engeland en Frankrijk."
"Daar zijn we helemaal niet bang voor! Vleesvervangers zijn soms duurder dan vlees en in deze tijd letten consumenten scherp op hun portemonnee. Ons gevoel is dat een aantal flexitariërs vanwege prijs toch weer is overgestapt naar vlees. Dat is in onze markten heel anders. Loop maar een winkel binnen en kijk wat een huismerk kaas en plantaardige kaas kosten. Dan zie je dat kaas een stuk duurder is dan plantaardige alternatieven. Dat is helemaal niet gek; er gaat tien liter melk in één kilo kaas. Als de melkprijzen hoog uitvallen, is de kostprijs van een kilo kaas zo €5."
"Natuurlijk is dat spannend! Wij vroegen ons af waar het in de markt naartoe gaat en in welk segment wij op dit moment het hardst groeien. We kwamen uit bij onze plantaardige lijn. Dat er veel spelers zijn, herken ik niet. Er bestaan misschien een hoop merken, maar er zijn maar weinig partijen die een fabriek hebben die 65.000 bekers per uur kunnen draaien en daar komt nog onze productie van ijs en kaas bovenop. Wij denken dan ook dat deze stap naar de toekomst toe het beste is.”
Dit artikel is eerder verschenen op Foodbusiness.nl
Bron: Foodbusiness.nl