Het schoonmaak-dilemma
Ondernemers sociëteit voedingsindustrie
B2B Communications
Wallbrink Crossmedia
Kijk ook eens op

Het schoonmaak-dilemma

  • 16 november 2020
  • Door: Judith Witte

Mijn dochter heeft een nieuwe witte broek. Een superhippe flare, voor de winter; dat kan. Pontificaal op het bovenbeen zit na de eerste keer dragen een vlekje. Ze weet niet wat het is. Pen? Stift? Misschien mascara? 

Ik heb een haat-liefde verhouding met witte kleding. Er is een soort wetmatigheid gegroeid in mijn leven: als het tijdens de eerste drie keer dragen goed gaat, blijft de blouse, broek of rok doorgaans smetteloos tot dat het kledingstuk versleten is. Helaas gaat het té vaak al bij de eerste keer dragen faliekant mis. De meest dramatische gelegenheid was toen ik een glas rode wijn over mijn trouwjurk goot. Zat ik daar tijdens onze borrel op een stoel, met een drijfnat stuk jurk (spa rood; dat hielp, wist de barvrouw) en een bult zout op mijn been. Nog een hele feestavond te gaan en alles mooi vastgelegd op talloze foto’s. Zo zonde! Gelukkig was deze jurk bedoeld voor eenmalig gebruik, dat verzachtte de pijn een beetje. 

Mijn dochter kijkt sip. Deze broek wilde ze graag, ze heeft ervoor gespaard. Ik zoek op internet naar tips hoe dit varkentje te wassen. Bij de drogist koop ik verschillende vlekkenoplosmiddeltjes. Ik reken af. Thuis ga ik aan de slag. Kort inweken. Als het niet werkt: langer inweken. Een beetje boenen, een beetje wringen, maar niet te hard, anders maak ik de stof kapot. Ik baal een beetje, want ik heb wel betere dingen te doen vind ik.

Ondertussen bedenk ik: schoonmaken kost geld. En tijd. Tijd is geld. Dus schoonmaken kost geld + geld = veel geld. Schoonmaken is ook een kostenpost. Winst = omzet – kosten. Hoe lager de kosten, hoe meer winst. Ergo: korten op de schoonmaak resulteert in méér winst. Klinkt logisch toch? Toch wringt er iets. Ik maak een denkfout. Waar loopt het spaak? 

Natuurlijk! Ik vergeet een belangrijke stap, namelijk: ‘als ik dit niet goed kan schoonmaken, verdwijnt de investering (in dit geval de broek) in de vuilnisbak’.

Jullie begrijpen de analogie wel, denk ik. Schoonmaak is geen kostenpost, maar een investering. Essentieel voor een voedselveilig productieproces. Het kost tijd. En geld. Het vraagt om de juiste kennis. Het is maatwerk. Zonder deze investeringen loop je het risico dat jouw producten (samen met je goede naam) op de vuilnisbelt belanden. Dát is pas zonde. 

Judith Witte

[email protected]

Bron: Vakblad Voedingsindustrie 2020