De leugens van palmolie
Ondernemers sociëteit voedingsindustrie
B2B Communications
Wallbrink Crossmedia
Kijk ook eens op

De leugens van palmolie

  • 11 april 2022
  • Door: IJsbrand Velzeboer

Het woord palmolie roept bij veel consumenten een prettig beeld op van tropische eilandjes met een wit stand omzoomd door palmbomen, het liefst voorzien van een rij dansende schoonheden in rieten rokjes en bloemenkransen in het haar. De werkelijkheid zit iets genuanceerder in elkaar. Grote plantages waar de bomen keurig in het gelid geplant zijn vormen de bron voor deze uiterst goedkope olie. 

Het is typisch dat palmolie als product zelf niet in het winkelschap staat. Wel in veel afgeleide producten, zoals margarines en goedkoop hard frituurvet. Palmolie wordt ook aangetroffen in vrijwel alle goedkope producten, zoals penny- en koffiewafels waarin een vleugje cacao is verwerkt. In volledig geharde vorm is dit ingrediënt populair in de korst-margarines waar de banketbakker bladerdeegproducten mee maakt, en in de goedkope huis-tuin-en-keuken margarines. Van meuk kun je in de regel alleen maar meuk maken. 

Zeer goedkoop, dus populair 

Door de prijsdruk vanuit de supermarkten is het vervangen van roomboter door gehard palmvet een van de meest effectieve methodes om de kostprijs omlaag te drukken. Een beetje boteraroma toevoegen en het product van het merk ‘goedkopie ’is klaar! Zolang de consument deze substitutie door onwetendheid of desinteresse accepteert, kan de klooifabrikant deze kostenbesparende maatregel tot in lengte van jaren handhaven en zelfs uitbreiden. De voordelen van de lage prijs wordt ingeruild tegen het gezondheidsrisico van de MCPD esters van palmolie. 

Chantabele positie

De voedingsmiddelenindustrie heeft zich jarenlang in slaap laten sussen door een ongestoorde aanvoer van zeer goedkope palmolie en verkeert nu in een chantabele positie vanwege het eigen succes. Zij is inmiddels voor een groot deel afhankelijk geworden van de aanvoer van palmolie, omdat het huidige aanbod aan alternatieve goedkope oliën zoals koolzaad, zonnebloem en pindaolie volstrekt onvoldoende is. Wanneer palmolie om welke reden ook 100% in de ban wordt gedaan, zullen de prijzen van voedingsmiddelen naar schatting tussen de 10 en 30% stijgen. Naar verluidt zal er in Q1 van 2022 een grote schaarste ontstaan in palmolie als gevolg van de naweeën van de Covid-19 pandemie of de macht van speculeerders. 

Omstreeks 1990 begon KRR, een van ’s-werelds beruchtste private equity firma’s  met het opkopen van (food)bedrijven met geleend geld. Het snijden in de kosten en met winst doorverkopen, is het verdienmodel van deze club. Private equity firma’s oogsten veel kritiek. Om bedrijven op te kopen maken ze hoge schulden, waar de overgenomen bedrijven vervolgens zélf voor opdraaien. Door de financiële afknelling worden  investeringen en R&D vervolgens op een laag pitje gezet.  

Schadelijke stoffen

De verwerkingsfabrieken van palmolie zijn in de tropische gebieden op grote afstand te ruiken. Rotterdamse classificeerders (modern woord voor schoonmakers) van de tankschepen die deze olie voor raffinage aanvoeren, weten wel hoe dit ruikt: onderin het ruim verzamelt zich namelijk een waterige brei waar het bederf welig tiert.

De raffinagestappen van plantaardige oliën zijn:

  • Ontslijmen ofwel ontzepen: verwijderen van slijmstoffen met zuur. Zoutzuur is een goedkoop zuur dat hiervoor in aanmerking komt.
  • Bleken: met bleekaarde ofwel kaolien dat een zeer poreuze structuur heeft, voor het verwijderen van rode kleurcomponenten, metaalsporen en andere onzuiverheden;
  • Deodoriseren: onder hoge temperatuur (tussen 170 en 260 graden ˚C) gedurende 1 tot 2 uur onder vacuüm verwijderen van vrije vetzuren, fosfolipiden, contaminanten en andere onzuiverheden. 

In palmolie kunnen MCDP-esters (in chemische termen 2-MCPD 3-MCPD (mono chloor propaan diol) en glycidol voorkomen, ontstaan uit de chloorverbindingen tijdens het deodoriseringsproces. Soja- en raapolie kunnen ook in mindere mate deze ‘natuurlijke’ verbindingen bevatten. Van glycidol is bewezen dat deze stof mutageen (kankerverwekkend) is. Al in 2016 publiceerde de EFSA een rappoort waarin de gezondheidsrisico’s werden benoemd. De Europese Commissie implementeerde in 2018 regelgeving waarin maximumgehaltes gelden voor glycidol van 1.000 µg/kg in plantaardige oliën en vetten; naar mijn mening een veel te hoge waarde voor een mutagene stof.

Vitamineloos

Plantaardige oliën bevatten geen vitamines. De raffinage zorgt er namelijk ook voor dat polyfenolen verwijderd worden, om de olie maar zo helder mogelijk te maken. In dierlijk vet, lees roomboter, zitten van nature de vitamies A, B, D, E en K. Toen de margarineindustrie eind 1800 opkwam, vaardigde de regering een margainebesluit uit, waardoor de industrie de vitamines A en D kunstmatig moest toevoegen om de volksgezondheid niet in gevaar te brengen. Vitamine A voorkomt blindheid en vitamine D de ‘Engelse ziekte’. Veel consumenten uit arme gezinnen omarmden de kunstboter als goedkoop alternatief voor roomboter, dat toen al duur was. Er zijn margarines die claimen dat zij een bron van vitamine A en D vormen. De consument wordt niet verteld dat dit synthetische vitamines zijn die wettelijk verplicht toegevoegd moeten worden. Dit is misleiding. 

Het duurzaamheidsaureool 

Duurzaamheidscertificaten zoals Fairtrade en UTZ zijn binnen de cacao- en koffiehandel in zeer korte tijd ingevoerd. Cacaoboeren ontvangen een hoger bedrag voor hun producten, maar moeten meer uitgeven aan opleidingen die, u raadt het al, verzorgd worden door dezelfde instellingen. Integer? Mwah.

RSPO (Roundtable on Sustainable Palmoil) is de organisatie die als doel heeft dat alle verwerkers van palmolie gecertificeerde olie gebruiken. Met ondermeer een hoofdkantoor in Genève, hanteert de organisatie criteria die vooral gemaakt lijken te zijn om de gastlanden Indonesië en Maleisië te plezieren. De eisen die RSPO stelt aan het tegengaan van ontbossing van de oerwouden zijn te slap. Integriteit van dit certificaat staat wat mij betreft ter discussie, gelet op de corruptieindices van de landen waar deze certificaten hun oorsprong hebben. De meeste consumenten willen deze olie mijden om milieuredenen. Het zou de Orang Oetans schaden en dergelijke. Dat de oerwouden op Sumatra, Borneo en Maleisië in hoog tempo omgebouwd worden tot plantages is maar bijzaak. Daar gaat discussie nu even niet over. Orang Oetans zijn foeilelijke beesten waar ik weinig mee heb. De ongezonde eigenschappen van palmolie zijn naar mijn idee véél zorgelijker.

Hongerig naar meer leesvoer over het geklooi met voedsel? Koop dan het boek ‘Leugens op mijn bord’ van IJsbrand Velzeboer. Deze tekst is een fragment uit dat boek.
ISBN 978 90 810612 3 0

www.scientanova.com

Beeld ©hilalabdullah/shutterstock.com

KitKat
KitKat is en kenmerkend productvoorbeeld waarbij de kwaliteit van het product merkbaar achteruit is gegaan door het vervangen van roomboter door palmolie. De oorspronkelijk receptuur van KitKat is volledig uitgekleed sinds de overname van Rowntree Mackintosh door Nestlé in 1988. Het product is gedegradeerd tot een smakeloze pennywafel in reepjesformaat, omhuld met een slecht getempreerde half doorschijnende chocoladelaag. Die bevat naast cacaoboter ook andere plantaardige vetten, waaronder palm.

Beeld: ©Micra Cooper

Stroopwafels
Iedere leek weet niet beter dan dat stroopwafels roomboter bevatten. Als roomboter vervangen wordt door goedkoop vet, moet de smaakt met behulp van aromastoffen opgekrikt worden. Deze zijn vaak te duur. Bij sommige stroopwafels is alle roomboter vervangen is door palmvet en een beetje raap. Gelukkig zijn er ook nog smaakvolle wafels. Bij de Aldi en de Lidl onder de naam Sondey vond ik échte stroopwafels met 25% roomboter. Gemaakt door Castelijn in Bergambacht.

Hoofdbeeld :©nelzajamal/shutterstock.com

Bron: Vakblad Voedingsindustrie 2022