Een van de doelen van onze wet- en regelgeving is ons beschermen tegen dat wat ons bedreigt. De Nederlandse wet zegt bijvoorbeeld dat wie op een bromfiets of motorfiets rijdt, een goedgekeurde helm moet dragen. Vele internationale studies hebben aangetoond dat door het dragen van een motorhelm de kans op een dodelijke afloop van een motorongeval met ongeveer 42% afneemt, en de kans op ernstig hoofdletsel met ongeveer 69% (swov). De draagplicht is na de invoering in 1972 algemeen geaccepteerd en wordt zo goed als volledig nageleefd. Logisch, denkt u misschien: het gaat om je eigen veiligheid.
Niet iedereen laat zich echter ‘zomaar’ regels opleggen. Sommige wetten en regels worden maar moeizaam nageleefd, vaak afhankelijk van de straf en pakkans. De wijze van handhaven speelt dan ook een belangrijke rol.
Ook om de voedselveiligheid te borgen, zijn er wetten, regels en protocollen opgesteld: om ‘de consument’ te beschermen. Tegen pesticides, ziekmakende bacteriën, zware metalen of bepaalde allergenen in de producten die ze eten. Toch geven de vele recalls aan dat het geregeld mis gaat. Hoe dat kan? Deels omdat de regels bewust worden overtreden, of onachtzaam niet worden nageleefd.
Wat kan je als management doen om naleving ervan op de werkvloer positief te beïnvloeden? Feit is: zodra een beslissing je direct raakt, handel je anders. Stel jezelf en je medewerkers eens de volgende vraag: Wat als je nu voor je eigen ouders, partner of kinderen produceert; zou je dan ook product dat van de band af op de grond valt, teruggooien in het productieproces? Zou jij dan nalaten om je handen te wassen en desinfecteren na een lunch of toiletbezoek? Wat als er door jouw onachtzame beslissing een bacterie of allergeen in een product komt, dat jouw partner, ouders, kind, of jezelf verschrikkelijk ziek zou maken; wat zou je dán doen?
Pieter Vos
Directeur Nutrilab
Bron: © Vakblad Voedingsindustrie 2019