Met eiwit uit gras vleesvervangers ontwikkelen. Dát is het doel van de samenwerking tussen Schouten Europe en Grassa. Graseiwit is een geschikt alternatief voor soja, een ingrediënt dat nu vaak in vleesvervangers wordt gebruikt. Grassa en Schouten gaan de komende jaren de toepassingsmogelijkheden van graseiwit in vleesvervangers, onderzoeken en testen.
“Graseiwit heeft een enorme potentie”, vertelt Rieks Smook, directeur van Grassa. “Gras brengt 2,5x zoveel eiwit op per hectare in vergelijking met soja. De beschikbaarheid van gras is uitstekend. Het graseiwit is een hoogwaardig, lokaal en schaalbaar alternatief voor soja. Ten opzichte van andere eiwitbronnen zorgt het voor een enorme reductie van de CO2 voetafdruk.”
“Een koe zet slechts 30 procent van het graseiwit om in melk en vlees. 70 procent wordt omgezet in mest. Grassa haalt vooraf een deel van die overtollige eiwitten uit het gras. Het restproduct, ontsloten gras, eet de koe. Zo wordt het eiwit dat in gras zit, optimaal benut”, vervolgt Smook.
De Nationale Eiwitstrategie heeft als doel om de komende 5 tot 10 jaar de zelfvoorzieningsgraad van nieuwe en plantaardige eiwitten te vergroten, op een duurzame manier die bijdraagt aan de gezondheid van mens, dier en de natuurlijke omgeving. Het proces van Grassa wordt in De Nationale Eiwitstrategie genoemd en gezien als een veelbelovende innovatie om lokaal plantaardig eiwit te produceren. De samenwerking tussen Grassa en Schouten Europe sluit hierop aan en zorgt voor een directe link met de humane consumptie van graseiwit.
Graseiwit valt onder de zogenaamde Novel Foods. Grassa en Schouten verwachten dat er goedkeuring van de EFSA komt voor de humane consumptie van graseiwitten. Daarom investeren beide bedrijven nu al gezamenlijk in onderzoek en productontwikkeling.
Bron: Schouten Europe