Bijna twee derde van de wereldwijde visserijsubsidies brengt het risico met zich mee om overbevissing en illegale visserij te bevorderen. Dat blijkt uit de nieuwste OECD Review of Fisheries, gepresenteerd op 19 februari in aanwezigheid van de Secretaris-Generaal van de OECD, Ambassadeur Olivier Puivre d’Arvoir, en Angela Ellard van de Wereldhandelsorganisatie (WTO). Volgens het rapport is beter gerichte overheidssteun essentieel om de veerkracht en productiviteit van de sector te verbeteren.
De visserijsector kreeg tussen 2020 en 2022 wereldwijd gemiddeld 10,7 miljard dollar per jaar aan steun. Maar liefst 65% van deze middelen kan overbevissing en illegale visserij in de hand werken, vooral bij gebrekkig visserijbeheer. Zes landen zijn goed voor 85% van deze steun: China (36,1%), Japan (12,4%), de VS (11%), Canada (10,7%), EU-lidstaten gezamenlijk (8%) en Brazilië (6,4%). De OECD benadrukt dat goed beheer van visbestanden cruciaal is voor voedselzekerheid, het levensonderhoud van miljoenen mensen en wereldwijd milieubehoud.
De organisatie pleit voor een herschikking van subsidies. In plaats van steun te geven voor brandstof, nieuwe schepen en exploitatie, moeten middelen beter worden ingezet voor activiteiten die bijdragen aan de duurzaamheid van de sector. Dit omvat onder meer onderzoek naar de status van visbestanden, handhaving van viswetten en gerichte inkomenssteun voor vissers die getroffen worden door crises, zoals mariene hittegolven.
Sinds 2005 is de waarde van de wereldwijde visserij- en aquacultuursector bijna verdrievoudigd naar 381 miljard dollar in 2022. Deze groei benadrukt het economische belang van de sector en het belang van effectief beheer om visbestanden gezond en productief te houden voor toekomstige generaties.
Bron: Agroberichten Buitenland