Meer risico’s bij plantaar­dige vervangers dan gedacht

De groei van het veganistische schap in de supermarkt lijkt niet te stoppen. Maar plantaardig eten betekent niet automatisch minder risico’s voor de gezondheid. Uit onderzoek van de Universiteit Antwerpen blijkt dat vlees- en kaasvervangers soms meer schadelijke stoffen bevatten dan hun dierlijke tegenhangers.

Ultraprocessed plantaardig voedsel

Doctoraatsonderzoeker Alicia Macan Schönleben van het Toxicologisch Centrum (UAntwerpen) onderzocht 52 (ultra)bewerkte plantaardige voedingsmiddelen uit België, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk. “In de winkelrekken liggen steeds vaker ultraprocessed novel plant-based foods (NPBF’s),” zegt ze. “Deze producten ondergaan complexe industriële processen en bevatten vaak een lange lijst van ingrediënten en voedingsadditieven.”

Wetenschappelijk onderzoek naar NPBF’s richt zich meestal op milieu-impact of consumentengedrag. Over chemische veiligheid is veel minder bekend. Daarom onderzocht het team de aanwezigheid van organofosfaatvlamvertragers en weekmakers.

Chemische resten uit productie en verpakking

De stoffen komen mogelijk via productieapparatuur of verpakkingsmateriaal in het voedsel terecht. Organofosfaatvlamvertragers worden gebruikt als brandvertrager, weekmakers maken verpakkingen buigzamer. “Bepaalde stoffen uit beide groepen kunnen schadelijk zijn voor brein, schildklier, vruchtbaarheid en mogelijk kankerverwekkend zijn,” zegt Macan Schönleben.

Kaasvervangers vallen op

De toxicologen vonden hogere concentraties van beide stoffen in NPBF’s dan in vergelijkbare dierlijke producten. Vooral kaasvervangers sprongen eruit. “We vermoeden dat de besmetting ontstaat tijdens het voedselverwerkingsproces of via plastic verpakkingen,” aldus Macan Schönleben. Volgens haar loop je geen direct gezondheidsrisico, maar het vervangen van alle dierlijke producten door NPBF’s wordt afgeraden. Een evenwichtig plantaardig dieet met volwaardige voeding blijft de betere keuze.

Uantwerpen.be