In oktober blijft de inflatie in Nederland hoog, met een HICP-inflatie van 3,3%, aldus Rabobank in haar laatste inflatiemonitor. Ondanks een lichte daling in de olieprijzen, blijft de koopkracht onder druk staan door aanhoudend hoge prijzen van diensten en bewerkt voedsel. Voor de komende jaren voorziet Rabobank wel enige daling in de inflatie, vooral door lagere energiekosten en afnemende productiekosten in diverse sectoren.
De sterk stijgende kosten van diensten vormen nog altijd de belangrijkste aanjager van de inflatie. Volgens Rabobank droegen diensten in oktober met 2,3 procentpunt bij aan de totale prijsstijging van 3,3%. Naast diensten blijven ook de prijzen van voedingsmiddelen, dranken en tabak fors stijgen. Vooral de eerdere accijnsverhogingen op tabak en alcohol versterken dit effect, waardoor de inflatie naar verwachting nog tot medio 2025 onder druk staat.
Uit de inflatiemonitor van Rabobank blijkt dat de lonen met 6,6% zijn gestegen ten opzichte van vorig jaar september, maar dit is nog niet genoeg om de inflatie volledig te compenseren. Sectoren waarin het minimumloon een grote rol speelt, zoals horeca en schoonmaak, profiteren het meest van de stijgende lonen. In sectoren als cultuur en recreatie blijft de loonontwikkeling echter achter door de nasleep van de coronapandemie.
Rabobank voorspelt dat de olieprijzen de komende jaren rond de 70 dollar per vat blijven. Door de opmars van elektrische voertuigen en LNG-vrachtwagens daalt de vraag naar olie. Toch blijft de geopolitieke situatie in het Midden-Oosten een onzekere factor; een escalatie kan de olieprijzen opnieuw opdrijven, met directe gevolgen voor de inflatie. Op langere termijn verwacht Rabobank dat de olieprijs geleidelijk zal stijgen tot boven de 80 dollar, wat mogelijk weer effect heeft op Nederlandse brandstofprijzen.
Beeld: © PERO studio/Shutterstock.com
Bron: Rabobank