Brave New Food: "We willen verbinden, versnellen en vernieuwen"
Ondernemers sociëteit voedingsindustrie
B2B Communications
Wallbrink Crossmedia
Kijk ook eens op

Brave New Food: "We willen verbinden, versnellen en vernieuwen"

  • 08 februari 2021
  • Door: Judith Witte

De transitie naar duurzamere en gezondere voeding, om de klimaatverandering en de druk op de gezondheidszorg te minimaliseren, moet sneller. Dat vinden de oprichters van het nieuwe platform Brave New Food. Zij willen die transitie een boost geven: door innovatieve oplossingen direct te koppelen aan concrete uitdagingen binnen de voedingsindustrie. Een interview met Jesse ’t Lam, een van de co-founders, over het hoe en waarom.

“Voedingsmiddelenproducenten weten de weg naar innovatieve oplossingen voor de grote uitdagingen van deze tijd niet altijd te vinden”, vertelt Jesse ’t Lam. “Tegelijkertijd is het voor startups - met goede ideeën, innovaties en potentiële oplossingen voor die problemen - moeilijk om zonder het juiste netwerk of investeringen te groeien. Wij brengen beide partijen via ons platform Brave New Food bij elkaar.” 

'Je komt in een pool terecht van bedrijven die innovatie en verandering omarmen en de krachten willen bundelen'

Aan dit nieuwe, Europees georiënteerde, innovatieplatform zijn nu 16 bedrijven uit de voedingsindustrie verbonden. Daaronder grote namen als Kraft Heinz, Superunie, Smurfit Kappa, The Greenery en Vivera. In de loop van dit jaar moeten dat er zeker 50 worden, is de ambitie van de vier oprichters; Joost Dekkers, Bas Allart, Vincent van Gorkom en Jesse ’t Lam. Wie zijn deze gamechangers? En hoe gaan ze hun ambities waarmaken; wat is daarvoor nodig? Jesse ’t Lam vertelt over zijn passie, over innovatie en de dynamiek van verbinden.

Welke expertise brengen de founders van Brave New Food in? 

“Joost Dekkers houdt zich al ruim dertien jaar bezig met open innovatietrajecten voor bedrijven, non-profit organisaties en semi-publieke instellingen. Hij is initiatiefnemer van onder meer het open innovatieplatform StartHubs (www.starthubs.co) en heeft in die hoedanigheid veel ervaring in het organiseren van online challenges. Daarmee zet hij vraagstukken uit de markt uit binnen zijn netwerk van innovatieve denkers en doeners, en koppelt hij de aangedragen creatieve out-of-the box ideeën terug naar de organisaties. Bas Allart zit net als Joost in de hoek van innovatie-begeleiding. Zo heeft hij de succesvolle incubator UtrechtInc opgezet (www.utrechtinc.nl) en ook het Hortiheroes platform voor innovatie in de food en flower industrie (hortiheroes.com). Vincent van Gorkom en ik hebben vrijwel identieke cv’s; we komen allebei uit de voedingsmiddelenindustrie.” 

Jesse vertelt dat hij na zijn studie, zo’n twintig jaar geleden, begon te werken bij een klein familiebedrijf in de snackindustrie. Hij hielp het als mede-eigenaar uitgroeien tot een grote onderneming, tot ze het verkochten aan Intersnack. Daarna stapte hij met twee partners in een nieuwe uitdaging, ditmaal in een bedrijf dat biologische aardappel- en later ook groentechips maakte. Die onderneming groeide in vijf jaar tijd van tien naar honderdtien man personeel. Hij verkocht het aan Campell Soups. Bij beide bedrijven speelden productontwikkeling, clean labelling en het produceren voor private labels in heel Europa een grote rol.

v.l.n.r. Vincent van Gorkom, Jesse ’t Lam, Joost Dekkers, Bas Allart

Waar komt de intrinsieke motivatie vandaan om de focus te leggen bij het versnellen van de transitie naar een meer mens-, dier-, en planeetvriendelijke voedingsindustrie? 

“Eerlijk gezegd besefte ik een jaar of vijf geleden nog niet echt hoe omvangrijk de problemen zijn. Ik kwam uit een vrij rechttoe-rechtaan deel van de voedingsindustrie en was helemaal niet zo bezig met thema’s als duurzaamheid, voedselverspilling of waar eiwitten vandaan komen. In de biologische sector, waar ik deels uit toeval, deels uit interesse in rolde, was het bewustzijn over gezonde voeding en een gezonde planeet veel groter. Naarmate ik er meer over wist en leerde hoe ongelooflijk veel milieu- en klimaatwinst er te boeken valt als er stappen genomen worden, ontdekte ik ook hoeveel mooie initiatieven er zijn. Initiatieven die niet altijd van de grond komen, door gebrek aan kennis, geld of een netwerk. Ik merkte dat ik dáár mijn energie in wilde stoppen en daar zelf energie van krijg. Dat is ook de drijfveer die ons vieren bindt; ieder vanuit zijn eigen invalshoek.”

Jullie zeggen concrete oplossingen te koppelen aan concrete uitdagingen waar jullie partners mee te maken hebben. Hoe werkt dat in de praktijk? 

“Daarvoor hebben we sinds november 2020 drie challenges uitstaan, gericht op drie actuele thema’s: Plantaardige alternatieven, Voedselverspilling en Duurzame verpakkingen. Innovatieve, vaak jonge, bedrijven kunnen tot 16 februari hun oplossingen pitchen. Een groeiende groep aangesloten corporates en investeerders bekijkt de pitches. Zij nodigen de voor hen meest interessante innovators uit voor een kennismakingsgesprek op ons matchmaking event, 25 maart. Een aantal partners is daarbij bereid flink te investeren in kansrijke startups. Onder hen ook de regionale ontwikkelingsmaatschappij Horizon. Zo bieden we startups en scale-ups toegang tot nieuwe markten, netwerken, expertise én investeringsmogelijkheden tot 1 miljoen euro.” 

Grote bedrijven hebben zelf doorgaans toch al een R&D-afdeling? Waarom zoeken zij oplossingen van externen?

“R&D afdelingen van veel bedrijven zijn vooral ingericht op het vernieuwen en verbeteren van de eigen producten; niet om oplossingen aan te dragen voor meer overkoepelende thema’s, zoals duurzamere verpakkingen of het tegengaan van voedselverspilling. Met de kennis en expertise van Joost hebben we toegang tot oplossingsrichtingen die veel minder voor de hand liggen, uit heel Europa. Bovendien; álle schakels in de keten doen mee in onze inclusieve aanpak, van gewas tot consumentenproduct en van logistiek tot verpakking. Onze recruitment, dus de wijze waarop wij zoeken naar innovaties, gaat veel verder dan wat er klassiek in de voedingsmiddelenindustrie speelt.”

“Daarbij komt dat je als partner in een pool terecht komt van bedrijven die innovatie en verandering omarmen, bedrijven die de meerwaarde zien van samenwerken en de krachten willen bundelen; ook in het versnellen van de transitie naar duurzamere en gezondere voeding. De urgentie dat er wat moet veranderen, wordt steeds breder gevoeld. Dat zie je terug in nieuwe samenwerkingen, bijvoorbeeld tussen Westland kaas en Those Vegan Cowboys, of die tussen Willicroft en Van der Sterren.”

©Only_NewPhoto/shutterstock.com

Willen startups hun ideeën wel weggeven aan, of delen met, een corporate? Zijn ze niet bang dat die er met hun innovatieve ideeën vandoor gaan? 

“Een terechte vraag, maar ik denk dat die angst ongegrond is. Ten eerste omdat sommige startups vooral de ambitie hebben om hun product te introduceren bij bijvoorbeeld foodservice, de horeca of out-of-home markt. Via ons platform krijgen ze de kans dit onder de aandacht te brengen van partners als Sligro en Superunie.”

“Verder is het natuurlijk aan de startup om goed na te denken over wat je precies wil en hoe je de pitch formuleert die in de pool wordt gedeeld. Dat is bij ons niet anders dan in ieder ander commercieel traject. Wij kunnen kansrijke startups daarbij wel begeleiden, zoals we bijvoorbeeld doen bij Karma Kebab. Dit is een eerste, concreet voorbeeld van een bedrijf dat door BNF is omarmd. Zij maakt 100% plantaardige shoarma op basis van granen en groenten van Nederlandse bodem. Twee jaar geleden bedacht als een gimmick op Lowlands en nu helemaal klaar voor de volgende groeifase. BNF zorgde voor groeikapitaal en denkt mee over de productie, organisatie en mogelijkheden om te exporteren naar Duitsland. Wij hebben zélf al heel veel fouten gemaakt. Hopelijk kunnen we startups ervoor behoeden dezelfde te maken!”

Zoals? Kun je een top 3 geven van mogelijke valkuilen?

Jesse lacht. “Ik ga nu niet belerend zeggen wat startups ‘fout’ doen. Maar als ik dit op onszelf en onze eigen ervaringen betrek, is de belangrijkste: als je ervan uitgaat dat iets in twee jaar gaat lukken, dat X geld kost en Y energie, is het raadzaam om alles met twee te vermenigvuldigen. Blijkbaar zit het in veel prognoses, én karakters, ingebakken om de verwachtingen positiever in te schatten. Of, anders gezegd: de praktijk is per definitie weerbarstiger dan je denkt.”

“Een andere valkuil is dat startups vaak onvoldoende kennis hebben van de markt waarin ze zich begeven. Op een dag stap je uit je lab-omgeving en zeg je: ’Zo, het is klaar!’ Maar dan heb je nog niet goed getoetst of wat je biedt uniek genoeg is, heb je geen goed beeld wie er nog meer bezig zijn met een soortgelijk concept, heb je geen onderbouwing voor een reële prijsstelling. Aan zo’n markttoets kan wat mij betreft niet genoeg tijd besteed zijn. Tip: zorg ervoor dat die voldoende doorwrocht is, voor je de markt betreedt.” 

“Als startup maak je al in een vroeg stadium grote principiële en strategische keuzes. Die blijken in een later stadium slecht omkeerbaar. Niet elke startup is zich daar voldoende van bewust. Stap je bijvoorbeeld met je merk naar de retail, dan kun je andere kanalen daarna minder makkelijk bedienen. Veel starters kunnen de consequenties van al die - soms schijnbaar kleine beslissingen die je gaandeweg maakt - niet overzien.” 

Hoe stimuleren jullie de open innovatiecultuur die nodig is voor de samenwerking tussen startups en corporates; tussen vraag naar innovatie en aanbod? 

“De aard van de problematiek waar we oplossingen voor zoeken, zorgt er in beginsel al voor dat mensen een open houding aannemen, denken wij. Door verschillende branches en werkvelden in alle transparantie te verbinden, kom je sneller tot nieuwe oplossingen, dát is het gemeenschappelijke doel. Daarom willen we ook niet met slechts een paar exclusieve, maar juist heel veel inclusieve partners samenwerken. We hopen in de loop van 2021 aan de hand van feitelijke showcases heel concreet te kunnen laten zien dat ons platform tot fantastische verbeterslagen, samenwerkingen en introducties van duurzame technologieën heeft geleid. Dat bedrijven de handen ineen hebben geslagen waarvan je je gisteren nog dacht dat dat totaal niet voor de hand lag; maar waar ze hier, nu, mee begonnen zijn.

“Ons doel is komend jaar ten minste 50 partners aan ons te verbinden. En ja, daar zullen best bedrijven bij zitten die elkaar als concurrent beschouwen. We verwachten niet dat dat de innovatie in de weg zal staan, omdat er gekeken zal worden naar de gemeenschappelijkheid. En ja, daar is lef voor nodig. Kortom: be brave. Innovate!”

www.bravenewfood.com

Bron: Vakblad Voedingsindustrie 2021