In september waren de verkoopprijzen van de voedingsindustrie gemiddeld 22 procent hoger dan een jaar eerder. Koploper van deze prijsstijging was de meelindustrie met 35%. Bij de slachterijen en vleeswarenindustrie lagen de prijzen 26,6% hoger. De laagste prijsgroei in de voedingsindustrie werd bij de brood- en deegwarenindustrie gemeten. De binnenlandse afzetprijzen stegen in september iets meer dan de exportprijzen. Dit blijkt uit een analyse van recente CBS-cijfers door onze economische redactie.
Met een toename van bijna 35 procent stegen de prijzen van de meelindustrie in september het sterkst binnen de voedingsindustrie. Opvallend hierbij was het verschil tussen de prijsgroei in het binnenland (+40,0 procent) en het buitenland (+31,3 procent). Eveneens meer dan gemiddeld stegen de septemberprijzen van de diervoederindustrie (+29,0 procent), spijsoliën- en vettenindustrie (+27,0 procent) en de slachterijen en vleeswarenindustrie (+26,6 procent). Duidelijk onder de gemiddelde prijsstijging in de voedingsindustrie bleven de brood- en deegwarenindustrie (+8,7 procent) en de groente- en fruitverwerkende industrie (+15,8 procent). De prijsontwikkeling in de visverwerkende industrie (+21,8 procent) en de zuivelindustrie (+21,6 procent) schurkte dicht tegen de gemiddelde prijsstijging in de voedingsindustrie.
In de eerste negen maanden van dit jaar zijn de prijzen in de voedingsindustrie met gemiddeld 20,2 procent gestegen vergeleken met dezelfde periode vorig jaar. In de spijsoliën- en vettenindustrie stegen de afzetprijzen in deze periode het hardst (+32,4 procent).
In september stegen de afzetprijzen in de totale industrie met gemiddeld 22,9 procent. Licht meer dan de prijsstijging in de voedingsindustrie (+22,0 procent). Veruit het meest groeiden in september de afzetprijzen van de aardolie-industrie (+63,6 procent), het minst de prijzen in de tabaksindustrie (+0,4 procent).
Bron: Vakblad Voedingsindustrie 2022