Visconsumptie in Nederland stabiel gebleven

Het grote aantal Nederlanders dat al viseter is, is het afgelopen jaar verder gestegen. In totaal is 162.7 miljoen kilo aan vis, schaal- en schelpdieren gegeten. De consumptie per persoon komt hiermee op 9,3 kilogram. Dit meldt het Nederlands Visbureau, dat door onderzoeksbureau GfK de visconsumptie in Nederland in beeld liet brengen.

Gedurende het jaar, waarop COVID-19 een stevig stempel drukte, is de totale visconsumptie licht gedaald in Nederland met -3%; dan spreken we over hele vissen (levend gewicht). ‘Vergeleken met vele andere voedingsmiddelen categorieën lijkt dit een knappe prestatie’, stelt onderzoeksbureau GfK. Van alle verkoopkanalen zijn de supermarkt, visspeciaalzaak en online de harde groeiers binnen vis terwijl horeca, catering en groothandel hard worden geraakt in Corona tijden. In totaal aten Nederlanders 162.7 miljoen kilo van al deze ‘zeevruchten’ in deze periode.

Het feit dat vis door de meeste Nederlanders al jaren wordt gezien als gezond, lekker en afwisselend, heeft ertoe geleid dat meer mensen gedurende afgelopen jaar – een jaar waarin men zich meer bewust werd van het belang van gezond leven - vaker kozen voor vis, schaal- en schelpdieren. Daarnaast is het voor velen steeds meer een gewoonte om vis te eten. 

Vanwege dit bewust bezig zijn met een gezonde levensstijl en omdat de veelal ‘uithuizige jongeren’ vaker op huis waren aangewezen, zijn steeds meer jongeren afgelopen jaar thuis vis gaan bereiden, zo meldt het onderzoeksrapport.
Ook al groeit het belang van vleesvervangers, dit gaat niet ten koste van vis. Vooralsnog switchen shoppers van vlees naar deze alternatieve producten, als ook naar kip en vis. Viskopers zelf switchen niet.

Op momenten dat men buitenshuis vis kon eten, blijkt tong bovenaan in de top tien te staan van gekozen vissoorten, gevolgd door schol, kabeljauw en mosselen.

Kocht de Nederlander zijn visje voor thuis, dan blijkt men van de totale bestedingen bijna zestig procent vis, schaal- en scheldieren te verkiezen uit de categorie ‘vers’, terwijl diepvries en conserven samen goed zijn voor de overige veertig procent. Dit vers segment groeit gestaag van jaar op jaar, waarvoor vooral de tweepersoonshuishoudens verantwoordelijk zijn. Kijkend naar gerookte vis binnen het verse segment, kent de paling de sterkste omzetstijging (maar liefst 40%). 

Soms tonen vergelijkingen met andere landen over visconsumptie een ‘versneden beeld’: Door visconsumptie te berekenen in kilo’s levend gewicht lijkt de visconsumptie in landen om ons heen enorm veel hoger. In Nederland consumeerde men 9,3 kilo vis, schaal en schelpdieren per persoon in het afgelopen jaar; dit betreft dood gewicht (dus schoon voor consumptie). Wanneer dit wordt omgerekend via conversietabellen naar levend gewicht, dan at de Nederlander 20 kilo per persoon. Het gemiddelde van alle EU-landen betreft zo’n 24 kg.