De intensieve landbouw en veeteelt zijn de belangrijkste bronnen van stikstofuitstoot. De Delftse start-up MEZT, opgericht door Adriaan van Lieftinck en Edward Sibeijn, denkt een oplossing te hebben. Met de electrodialysetechnologie van de TU Delft wil MEZT voorkomen dat gezonde landbouwbedrijven moeten krimpen of sluiten. Edward: “Door de stikstofuitstoot om te buigen van vervuilend probleem naar onderdeel van de circulaire boerderij kunnen we zorgen voor hoger dierwelzijn en een duurzamer verdienmodel.”
Edward: “In de landbouw zijn er verschillende momenten waarop ammoniak vrijkomt: 25% verdampt in de stal, wanneer poep en plas van ‘onder de staart’ weglekken naar de mestkelder. Tijdens de opslag in de mestkelder verdampt ook zo’n 25% en de resterende 50% komt in de lucht wanneer de mest uitgereden wordt op het land. Door de extractie van ammoniak uit mest kun je een groot verschil maken in de emissie in de stal, de opslag en bij het uitrijden.”
Een sleutelrol is weggelegd voor de Delftse elektrodialysetechniek en een set membranen. Deze membranen halen stikstof, fosfaat en kalium uit de mest. In tegenstelling tot andere systemen hoeft de mest niet door de membranen geperst, maar stroomt deze erlangs. Hierdoor omzeilt deze techniek het probleem van verstopte membranen. Edward somt op wat de voordelen zijn: “Er zijn geen chemicaliën nodig, zoals loog. Het proces vraagt weinig stroom en de mest hoeft niet te worden verhit. Vooral dat laatste zorgt voor een flink lagere CO2-voetafdruk. Ons apparaat gebruikt heel weinig stroom en is klein en veilig genoeg om gewoon op het boerenerf te plaatsen.”
Deze oplossing vraagt boeren om op een compleet nieuwe manier naar mest en kunstmest te kijken. Adriaan: “Als boeren nu teveel mest produceren, voeren ze dat af. De kostprijs daarvan ligt ruwweg tussen de vijf en vijfentwintig euro per kubieke meter. Daarnaast kopen boeren fossiele kunstmest om hun grond te voeden. De aan- en afvoer van beide kost veel geld en energie. Met de methode van MEZT hoeft er minder mest afgevoerd maar kan de boer ook ter plekke de grondstoffen maken voor een eigen kunstmestvervanger. Het mes snijdt dus aan twee kanten en er ontstaat een gesloten lokale kringloop van voedingsstoffen.”
MEZT denkt verder: door mest met deze technologie te ontleden in zijn bestanddelen, kunnen er concentraten gemaakt worden van de belangrijkste voedingsstoffen. Zo kan er mest op maat gemaakt worden voor elk gewas, grondsoort en seizoen en kan er een grote stap gezet naar precisielandbouw. De startup werkt momenteel hard aan de doorontwikkeling van hun prototype. Samen met LennTech hoopt het bedrijf eind 2020, begin 2021 een eerste versie te bouwen waarmee op boerderijen getest kan worden.
MEZT denkt dat deze techniek de potentie heeft om binnen vijf jaar overtollige stikstof te elimineren en lokale, circulaire precisie-landbouw mogelijk te maken. “Als het eind 2021, begin 2022 lukt om tussen de vijftig en vijfennegentig procent stikstof te onttrekken aan drijfmest dan kan er echt enorme impact gemaakt worden. Toepassing van deze technologie is goedkoper en effectiever dan maatregelen die het kabinet overweegt zoals uitkoop en sluiting van veehouderijen.”
Bron: TU Delft