Foodbedrijven wachten niet af, maar investeren nú

De regels worden versoepeld, maar de markt blijft scherp. Voor veel familiebedrijven in de voedingssector verandert dat weinig. Het Omnibusvoorstel mag dan op tafel liggen, de urgentie blijft voelbaar. Ze blijven investeren, uit overtuiging én omdat het nodig is. “Grote afnemers stellen steeds hogere duurzaamheidseisen, omdat ze willen weten wat er in hun keten gebeurt,” zegt Ceel Elemans, sectorspecialist Food bij ING Sector Banking.

Regels versoepeld, maar marktdruk blijft hoog

De Europese Commissie wil de duurzaamheidsregels aanpassen. Zo stijgt de grens voor verplichte rapportage van 250 naar 1000 medewerkers. Ook wordt het aantal datapunten dat bedrijven moeten aanleveren flink teruggebracht.

De voorstellen moeten nog worden goedgekeurd door het Europees Parlement. Toch wachten veel familiebedrijven niet af. Supermarkten, horecaketens en merken als Nestlé en Unilever stellen hun eigen eisen. Bedrijven als Compaxo en Verstegen Spices & Sauces investeren bewust door, zodat ze straks niet ingehaald worden.

Zorgen én kansen voor kleinere bedrijven

Volgens recent onderzoek van ING maakt 40 procent van de bedrijven zich zorgen over de haalbaarheid van verduurzaming. Politieke en geopolitieke onzekerheid speelt daarin mee. Voor kleinere familiebedrijven zonder duurzaamheidsmanager is het extra zoeken naar balans.

Toch biedt hun schaal ook voordelen. Ze schakelen sneller, hebben kortere lijnen en weten hun klanten en leveranciers vaak goed te bereiken. Dat maakt hen wendbaar én aantrekkelijk op de arbeidsmarkt.

Vooruitdenken voor de volgende generatie

Voor familiebedrijven is duurzaamheid geen verplicht nummer. Ze maken bewust de keuze om nú te investeren. Niet omdat het moet, maar omdat ze het bedrijf in betere staat willen overdragen aan de volgende generatie.

Ing.nl