Duurzame ambities van Van Oers United
Ondernemers sociëteit voedingsindustrie
B2B Communications
Wallbrink Crossmedia
Kijk ook eens op

Duurzame ambities van Van Oers United

  • 09 maart 2020
  • Door: Hans Reichart

Cees van Diest, Facility en HSE manager bij Van Oers United wil vooral slímmer werken. Ronnie Schiltmans, directeur en eigenaar van Prodoor in Apeldoorn, wil dat ook. Samen zijn ze al een eind op weg als het gaat om het onderhoud van alle industriële deuren op twee locaties van Van Oers United: Dinteloord en Ridderkerk. 

Cees en Ronnie vertellen daarover in het lichte, moderne bedrijfsrestaurant in het gebouw van Van Oers United (VOU) in Dinteloord. De internationale leverancier voorziet de Europese supermarkten jaarrond van verse groenten, die worden geteeld in Afrika, Europa en in Zuid- en Midden-Amerika. Sinds 2015 is VOU opgenomen in de groentedivisie van de Franse coöperatie Agrial, Europees marktleider. De groenteverwerker en -distributeur investeert in zaken als beperking van het waterverbruik, tegengaan van voedselverspilling, versterking van de biodiversiteit en de scholing van medewerkers en hun kinderen. Het nieuwe gebouw in Dinteloord (2018), distributiecentrum voor spruiten en bonen, is met zijn BREEAM-certificering van het hoogste niveau Outstanding ook een goed voorbeeld van de duurzame ambities van VOU.  

Efficiëntie & Continuïteit 

Toen Cees van Diest na de bouw op zoek moest naar een specialist voor het onderhoud van de 60 industriële deuren in Dinteloord, hoefde hij niet ver te zoeken. “Ik wilde een partij die meedenkt over slimmer werken. Prodoor in Apeldoorn deed het deurenonderhoud in Ridderkerk en werkte daar al slimmer.” Ronnie Schiltmans: “Een voorbeeld: als er een storing is, verhelpen wij die, maar we doen ook direct een visuele inspectie, zodat VOU meer haalt uit efficiëntie en continuïteit. Als er reparaties nodig blijken, voeren we die direct uit. Daarnaast krijgen we zo een goed zicht op de staat van de installatie, kunnen we preventief onderhoud plannen en verstoringen in de toekomst voorkomen.” Met die aanpak wordt het zwaartepunt verlegd van storings- naar planbaar onderhoud. Cees: “Maandelijks voeren de monteurs preventief onderhoud uit, altijd in samenspraak. Bij een storing bepalen we samen wat er direct moet gebeuren en wat er uitgesteld kan worden tot de inspectieronde. Meer planbaar onderhoud zorgt voor meer regelmaat en is duurzamer. Geen uitschieters in werkzaamheden en kosten.” Ronnie vult aan: “Doordat we het functioneren en de staat van de installaties steeds zorgvuldig monitoren en tijdig ingrijpen, is de technische levensduur langer en zijn de afschrijvingen lager. Ook dat is een verbetering van de duurzaamheid.” 

Wie moet ik bellen? 

Prodoor levert weliswaar industriële deuren, van dockequipment tot en met snelloopdeuren, maar is niet gebonden aan één fabrikant. Daardoor is het bedrijf in staat onderhoud en service te bieden voor alle soorten en merken. Dat is een voordeel, want het arsenaal aan deuren in een onderneming komt gewoonlijk van meerdere leveranciers. “We zeggen nooit nee”, stelt Ronnie, “en hebben ons daarom uitgebreid verdiept in de producten. De klant hoeft dus nooit te denken: wie moet ik bellen?” Belangrijk, want als je verse producten levert aan supermarkten, is tijdige levering cruciaal en moet een verstoring zo snel mogelijk verholpen worden. “De bedrijfszekerheid van VOU is een voorwaarde voor de vereiste leverbetrouwbaarheid. Ook moet het effect op energieverbruik en versheid beperkt blijven.” Doordat op de locatie een voorraadkast staat van Prodoor, met gereedschappen en materialen, kan de monteur zijn werk nog sneller uitvoeren. De storingsmonteur die bij VOU aan de slag gaat, is steeds dezelfde, is op de hoogte van alle HACCP en veiligheidseisen, heeft onbeperkt toegang, kent de details van de locatie en is in het bezit van beschermende kleding en middelen. Doordat er een vaste monteur voor het bedrijf wordt ingezet, voelt deze zich, vertelt Ronnie, echt betrokken bij de installaties. “Dus kiest hij de beste oplossingen en aanpak, niet alleen met het oog op de snelheid, maar ook voor de langere termijn.” 

Innoveren

Cees heeft samen met Prodoor nog diverse vernieuwingen in petto. “Sensoren gaan informeren over de staat van de installaties. Het gebouw gaat ‘praten’: the Internet of Things. Als tussenstap hebben we een app in gebruik waarin medewerkers melden en volgen wat belangrijk is voor het onderhoud. Straks zullen sensoren waarschuwen als er actie ondernomen moet worden, direct of op termijn.” Ronnie ziet volop mogelijkheden in onder meer de vleesindustrie, waar een storing in de deureninstallaties effect heeft op het gehele proces. “Sensoren zullen elke verstoring registeren en via netwerk LoRa doorgeven. Dat brengt bedrijfszekerheid op een hoger niveau.” Cees noemt de stap naar het pratend gebouw een voorbeeld van continuous improvement: “Daarin gaat het om verbeteren, borgen en instandhouden van verbeteringen. Deze principes zijn een bewezen aanpak die ik toepas in mijn werk.” Een solide basis dus voor innovatie.

www.vanoersunited.nl
www.prodoor.nl

Beeld: heren: Cees van Diest (l) en Ronnie Schiltmans, ©Marc Heeman/Fotobureau Roel Dijkstra, Pand: ©Bouwonderneming Stout

Bron: © Vakblad Voedingsindustrie 2020