Steeds vaker duikt de term op: digital twin, ofwel ‘het digitale tweelingmodel’. Wat is het? Wat kun je ermee en wat is de toegevoegde waarde?
Digital twins worden ingezet om met behulp van data-integratie, kunstmatige intelligentie (AI) en machine learning, processen in bijvoorbeeld een organisme, en objecten te beschrijven, te analyseren en te simuleren. Overal in Nederland zijn universiteiten, onderzoeksinstellingen en ingenieursbureaus inmiddels met digital twins aan de slag gegaan, bijvoorbeeld om in te zetten bij voorspellend onderhoud: aan machines, steden en bruggen. Ook WUR-onderzoekers werken, binnen een LNV-investeringsprogramma, aan een drietal projecten in de food & agrisector: een digitaal tweelingmodel van een tomatenplant; een gepersonaliseerd twinmodel om het vetgehalte in je bloed na een maaltijd te voorspellen, en een model dat precies de stikstofkringloop van een akkerbouw- of melkveebedrijf in kaart brengt.
Een digital twin bestaat uit twee hoofdelementen: het werkelijke object en de virtuele, digitale versie daarvan. Dat computermodel staat direct in verbinding met zijn fysieke ‘tweelingbroer’ – en wordt realtime geüpdatet met gegevens. De waarde van een digital twin staat of valt daarom met de betrouwbaarheid en beschikbaarheid van data die het werkelijke object verzamelt via sensoren. Daarbij gaat het om data van het object zelf, maar ook van de omgeving waarmee het interacteert. Omdat het digitaliseringsvraagstuk bij veel bedrijven nog volop in ontwikkeling is, is het maken van een ‘digital twin’ vaak nog niet mogelijk.
Willem Jan Knibbe, coördinator van het investeringsprogramma Digital Twins van Wageningen University & Research, zei eerder over de toegevoegde waarde: “Je kan hiermee veel vrijer dingen uitproberen, zonder enorme kosten of schade aan de omgeving. Andersom kan de digitale twin tijdig aangeven dat er afwijkingen dreigen te ontstaan in zijn echte broer: je wil niet het risico lopen dat die investering zinloos blijkt.” De meeste onderzoeksprojecten lopen nog. De verwachtingen zijn hoog, maar we moeten realistisch blijven, vindt hij: de techniek is vooral als een nieuw stuk gereedschap, naast de andere tools die er zijn. Maar spannend is het wel. “Je kunt het zien als high risk, high pay: áls het werkt, kunnen we grote slagen maken.”
Bronnen:
www.wur.nl
De Ingenieur augustus 2021
Beeld: ©Epstudio20/Shutterstock.com
Bron: Vakblad Voedingsindustrie 2021