Nederlanders willen steeds vaker kiezen voor alternatieve eiwitbronnen. Toch stijgt de consumptie van alternatieve eiwitten (vis, peulvruchten, vleesvervangers, zeewier en insecten) niet. Dit blijkt uit onderzoek van Wageningen Economic Research onder 2.461 Nederlands. Naast het in kaart brengen van de eiwitconsumptie van de respondenten, is gevraagd wat zij vinden van de verschillende eiwitbronnen en wat de motivatie achter hun consumptiegedrag is. Het onderzoek was een herhaling van een eerdere meting in 2015 waardoor er ook vergelijkingen over de tijd mogelijk zijn.
Steeds meer Nederlanders zien zichzelf als vegetariër, veganist of flexitariër: 12,6%, ten opzichte van 8,6% in 2015. Ook de groep die zich niet in deze omschrijvingen herkent, maar wel zegt bewust minder vlees te eten, is in vier jaar gegroeid: van 13,5% naar 18,4%. Het aantal mensen dat zichzelf als typische vleeseter ziet, vertoont een dalende lijn: van ruim 71% in 2015 naar ruim 61% in 2019.
De onderzoekers ontdekten dat Nederlanders steeds meer van plan zijn om alternatieve eiwitten te eten. Opvallend is verder dat een vegetarische burger van ‘gecultiveerd vlees’ als beste alternatief voor de traditionele hamburger wordt gezien. Insecten en zeewier worden duidelijk minder geaccepteerd als alternatieven. Ondanks alle intenties is de consumptie van alternatieve eiwitten niet toegenomen; er zit dus een kloof tussen intenties en gedrag. Vlees staat ruim vijf keer per week op tafel. Kip zit in de lift en wordt bijna vier keer per week gegeten. Van de plantaardige eiwitbronnen laten alleen de vleesvervangers een lichte stijging zien: die staan zo’n twee keer per week op het menu.
De respondenten werd ook gevraagd naar hun motieven om voor alternatieve eiwitten te kiezen. Smaak en geur, gezondheid en ‘mate van natuurlijkheid’ worden vaak genoemd. Bij peulvruchten speelt ook de prijs een belangrijke rol, terwijl ‘gemak’ bij vis vaak genoemd wordt als belangrijk keuzeargument.
Opvallend is dat niet alleen bewuste afwegingen een belangrijke rol spelen om de acceptatie van alternatieve eiwitten te begrijpen. De maatschappelijke norm speelt ook een belangrijke rol. Ook persoonlijke emoties bepalen sterk of alternatieven al dan niet worden geaccepteerd. Vis en peulvruchten roepen de sterkste positieve emoties op. Insecten roepen nauwelijks positieve gevoelens op en kunnen juist op de meeste afkeer rekenen.
Hoewel de consumptie van plantaardige eiwitten volgens de onderzoekers nu nog niet of nauwelijks stijgt, is die bereidheid een stap op weg naar minder vlees en meer plantaardige eiwitten op het bord.
Bron: Wageningen University & Research