Vissector uit zorgen over Controle verordening EU

De grote koepel van visverwerkende bedrijven in de Europese Unie – AIPCE-CEP - hield vorige week de algemene ledenvergadering in Brussel. De  Nederlandse sector wordt in deze koepel vertegenwoordigd door de Visfederatie. AIPCE-CEP vertegenwoordigt een industrie met meer dan 4.000 bedrijven uit 15 landen met een productiewaarde rond de 32 miljard euro. Binnen de sector zijn er zorgen over de het nieuwe Europese wetsvoorstel rondom de Controleverordening.

De gesprekken tussen lidstaten, het Europees Parlement en de Europese Commissie over het nieuwe wetsvoorstel voor de Controleverordening lopen nog. Voor AIPCE-CEP zijn de traceerbaarheidsregels in deze verordening van belang. Elk bedrijf dat vis verhandelt of verwerkt moet beschikken over een goed werkzaam traceerbaarheidssysteem. Op elk moment in de keten moet zeer gedetailleerde informatie aanwezig zijn over alle handelingen in de keten die de vis ondergaan heeft. Bedrijven vrezen dat de regels te ver van de praktijk af komen te staan.

Bij de industriële visserij werkt men met batches van vis van een boot of vangst. Vervolgens gaan verwerkers de vis sorteren en verwerken. In dit proces gaan de oorspronkelijke batches van een boot vaak samen met die van andere boten en ontstaat er een nieuwe batch. Daarvan is precies bekend van welke groep schepen die vis komt. Hoe groot die batches zijn hangt af van de inschatting van het risico.
Als batches bestaan uit vis van heel veel schepen zal een verwerker al die vis moeten terughalen in geval van een recall. AIPCE-CEP stelt dat er praktische bezwaren kleven aan de voorstellen van de Europese Commissie. De organisatie vindt dat de verantwoordelijkheid voor traceerbaarheid en informatie bij de bedrijven moet liggen, maar dat die bedrijven dan ook zelf moeten bepalen hoe zij de waarborgen geven die gevraagd worden.

Ook met betrekking tot duurzaamheidscriteria in handelsnormen ziet AIPCE-CEP praktische bezwaren. Handelsnormen zijn de minimum verkoopmaat en de versheidsklassen E, A en B. Dit zijn kwaliteitscritera voor bedrijven in de keten en niet voor de consument. Voor consumenten zijn er uitgebreide labellingsregels. AIPCE-CEP vindt dat duurzaamheid een afzonderlijk traject moet zijn in de Controleverordening. Eventuele regels hierover moeten samenhangen met consumenteninformatie.

www.visserijnieuws.nl