De invloed van ESG-principes in de Nederlandse voedingsindustrie neemt toe. Voedingsbedrijven besteden steeds meer aandacht aan de sociale component binnen hun bedrijfsvoering. Dit betekent een verschuiving van louter economische doelen naar een bredere focus op milieu, maatschappij en bestuur, aldus Ceel Elemans, sector specialist Food bij ING.
De 'S' in ESG staat voor sociale aspecten die centraal staan bij het nemen van verantwoordelijkheid binnen en buiten de onderneming. Deze sociale pijler raakt alles van gelijkheid en diversiteit tot werknemerswelzijn en mensenrechten. Bedrijven die hier effectief op inzetten, kunnen niet alleen hun eigen positie versterken, maar ook bijdragen aan de bredere maatschappelijke ontwikkeling.
De invoering van de Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD) verplicht grote bedrijven vanaf 2025 ook over sociale duurzaamheid te rapporteren. Dit zal ook impact hebben op het MKB, aangezien de hele toeleveringsketen te maken krijgt met vragen over duurzaamheidsbeleid. Het is daarom cruciaal dat bedrijven nu al beginnen met de implementatie van de nodige strategieën.
Voedingsbedrijven ervaren arbeidsmarktkrapte, wat innovatie en concurrentievermogen kan belemmeren. Investeren in de ontwikkeling van medewerkers is essentieel om aantrekkelijk te blijven als werkgever. Dit niet alleen om kennis en vaardigheden te vergroten, maar ook om innovatie binnen de sector te stimuleren, wat uiteindelijk kan leiden tot betere bedrijfsresultaten.
Volgens sectoranalisten van ING kan de nadruk op sociale duurzaamheid bedrijven een voorsprong geven in de strijd om talent. Bedrijven die uitblinken in sociale aspecten van ESG hebben vaak een sterker imago en een betere positionering op de arbeidsmarkt. Dit vertaalt zich in hogere werknemersbetrokkenheid en motivatie, wat cruciaal is voor langdurig succes in een competitieve markt.
Bron: ING