De land- en tuinbouwsector ziet de volumes in 2024 opnieuw dalen ten opzichte van het voorgaande jaar. Toch blijven de financiële resultaten van de sector dankzij stabiele prijzen en lagere kosten positief. Tegelijkertijd groeit de druk om efficiënter te werken, mede door het aanhoudende tekort aan arbeidskrachten.
De productievolumes in de dierlijke sectoren blijven afnemen, een trend die naar verwachting ook in 2025 doorzet. Zo kampt de melkveehouderij met beperkingen door milieuregels en het blauwtongvirus. Ook in de varkenssector zorgt onder andere de uitkoopregeling voor een lager aanbod. Pluimveehouders schakelen sneller over naar het Beter Leven Keurmerk, wat eveneens een daling in productie veroorzaakt.
Bij akkerbouwgewassen zoals aardappelen en uien tonen de voorlopige cijfers een volumedaling van 0,5 procent. In de glastuinbouw was een donkere lente verantwoordelijk voor een trage start, al wist de sector zich later in het jaar te herstellen.
De agrarische sector ziet zich steeds meer gedwongen te zoeken naar oplossingen voor het arbeidstekort. Handhaving op schijnzelfstandigheid maakt de inzet van zzp’ers minder vanzelfsprekend. Dit raakt vooral de niet-specialistische taken, zoals stallen schoonmaken, die veelal door zzp’ers worden uitgevoerd.
Om minder afhankelijk te zijn van arbeidskrachten, zet de sector in op robotisering en automatisering. Hoewel eenvoudige processen al goed te automatiseren zijn, blijven specialistische handelingen, zoals het snijden van natuurlijke producten, een uitdaging. Hierin kan technologie zoals kunstmatige intelligentie op termijn een belangrijke rol spelen.
Met 23.000 zzp’ers in de sector, goed voor 15 procent van het werkende bestand, blijft de vraag naar arbeidskrachten een cruciale factor voor de toekomst van de land- en tuinbouw.
Bron: ABN AMRO