Biotechnologie helpt bij uitdagingen rond gezondheid, voedselproductie en circulaire economie. Om wereldwijd concurrerend te blijven, wil het kabinet dat Nederland in 2040 bij de mondiale kopgroep hoort. Minder afhankelijkheid van andere landen is daarbij een belangrijk doel.
De ministerraad stemde in met de nieuwe kabinetsvisie op biotechnologie, een voorstel van minister Beljaarts (Economische Zaken) en staatssecretaris Jansen (Infrastructuur en Waterstaat). Nederland heeft al veel kennis in huis, maar innovaties moeten sneller naar de markt. Daarom kijkt het kabinet naar het schrappen van nationale koppen en naar (regelluwe) proeftuinen. Via het Nationaal Groeifonds wordt de komende jaren bijna € 1,3 miljard extra geïnvesteerd.
Nederland zet ook in op het versterken van de Europese samenwerking. Met de EU Biotech Act en de Biotechnology en Biomanufacturing Hub wil de Europese Commissie de concurrentiepositie van lidstaten verbeteren. Het kabinet pleit daarbij voor regels die in alle landen gelijk zijn en gebaseerd zijn op de nieuwste wetenschappelijke kennis.
Biotechnologische innovaties maken planten beter bestand tegen droogte, ziekten en plagen. Ook helpt de technologie bij het ontwikkelen van medicijnen tegen besmettelijke en zeldzame ziekten. Daarnaast ontstaan er nieuwe toepassingen, zoals biologisch afbreekbare en circulaire verpakkingen. Industriële biotechnologie levert materialen en brandstoffen die bijdragen aan verduurzaming. De kabinetsvisie is medeondertekend door ministers en staatssecretarissen van VWS, OCW, KGG en LVVN.
Bron: Rijksoverheid