De Nederlandse handel in vis en zeevruchten laat in 2024 een groei van ruim 5% zien ten opzichte van een jaar eerder. De exportwaarde komt uit op 3 miljard euro, waarvan 52% afkomstig is van Nederlandse bodem. De import nam met 3% toe en heeft een gelijk aandeel in de totale landbouwhandel. Duitsland blijft de belangrijkste afzetmarkt, met een stabiele vraag, terwijl België en Frankrijk een groei van respectievelijk 4% en 8% laten zien. De export naar Frankrijk is vooral toegenomen door de vraag naar kabeljauw. De export naar Israël groeide het sterkst, met een toename van 36 miljoen euro, ondanks de strenge koosjereisen.
Nederland importeert vis vooral uit landen buiten de EU, zoals IJsland en de Faeröer. Deze groep zag in 2023 een lichte daling van 1%, maar landen als Duitsland, Noorwegen en België lieten een stijging zien. Vooral de import uit Noorwegen groeide met 9%, mede door problemen met gekweekte zalm als gevolg van visluis en kwaliteitsproblemen. Dit leidde tot hogere prijzen en meer vraag naar alternatieven.
Nederland speelt een belangrijke rol als logistiek centrum voor vis in Europa, dankzij de gunstige ligging en uitstekende infrastructuur. Ongeveer 73% van de export gaat naar andere EU-landen, terwijl een aanzienlijk deel van de diepgevroren pelagische vis zijn weg vindt naar Afrikaanse landen zoals Nigeria en Egypte. De import bestaat grotendeels uit gekweekte zalm, gamba’s, koolvis en tonijn. Opvallend is de stijgende import uit Ecuador, dat zich steeds sterker profileert als concurrent van Aziatische landen, met een groei van 22 miljoen euro.
Ontdek meer statistieken in het rapport ‘De Nederlandse agrarische sector in internationaal verband – editie 2025’
Bron: WUR