Consumenten menen dat ons voedsel gezonder en duurzamer is geworden; we betalen er wel te weinig voor. Deze resultaten van het onderzoek werden gepresenteerd tijdens het Nieuwjaarscafé van Schuttelaar & Partners, het adviesbureau voor een gezonde en duurzame wereld, dat daarmee zijn 25-jarig jubileumjaar inluidde.
Aan consumenten is gevraagd hoe zij aankijken tegen de veranderingen in de afgelopen 25 jaar. Meer dan de helft van de Nederlanders vindt dat we nu een minder eerlijke prijs betalen dan 25 jaar geleden. Dat vindt men onrechtvaardig. Betaalbaar gezond voedsel waarbij een eerlijke prijs aan de boer wordt betaald, is de meest genoemde wens van de Nederlanders voor de toekomst.
Uit het onderzoek blijkt dat 45% van de Nederlanders van mening is dat ons voedsel gezonder is geworden; daarentegen vindt één op de drie dat ons voedsel juist minder gezond is geworden en minder duurzaam wordt verpakt. De landbouw boekt te weinig vooruitgang met een duurzame voedselproductie en behoud van biodiversiteit. Terwijl men dat juist wel graag wenst. De meest genoemde wensen zijn: biologische en onbespoten groente en fruit, meer voedsel uit de directe omgeving en een minder grote veestapel.
Met de eigen gezondheid zit het wel goed; zo vindt 70% van de Nederlanders dat onze leefstijl gezonder is geworden. We hebben genoeg beweging en minder vaak schadelijk gedrag zoals roken. Men vindt ook dat we langer in goede gezondheid leven. We hebben een gezondere leefstijl, eten beter en bewegen meer, aldus het consumentenonderzoek van marktonderzoeksbureau SAMR in opdracht van Schuttelaar & Partners.
Juist op het gebied van voeding, gezondheid en landbouw verwacht tweederde van de Nederlanders de komende 25 jaar meer vooruitgang dan in de afgelopen 25 jaar. Men vindt dit ook uitermate belangrijk. Dat sluit goed aan bij de visie van het Nieuwjaarscafé van Schuttelaar & Partners. Daar werd geconcludeerd dat er veel moet gebeuren, met name als het gaat om de implementatie van een duurzame en gezonde wereld. Van de overheid wordt vooral leiderschap en regie gevraagd: “Morgen komt niks te vroeg."
Bron: © Schuttelaar & Partners