Ongemerkt liggen er veel producten uit korte ketens in de supermarkt, meer dan veel mensen denken. Jan Willem van der Schans, onderzoeker aan Wageningen University en Research, heeft hier onderzoek naar gedaan. Volgens hem zijn er veel korte ketens in Nederland die niet als korte ketens worden geprofileerd. “Een paar jaar geleden is onderzoek gedaan naar de weg die melk uit Midden Delfland aflegde van boer tot aan supermarkt. Het bleek dat veel melk in supermarkten in Rotterdam via de fabriek op het industriegebied Spaanse Polder uit Midden Delfland komt. Uit de regio dus, zonder dat dit zichtbaar was.”
Van der Schans heeft eind juli 2019 een onderzoek gepubliceerd naar korte ketens in de provincie Gelderland op basis van de Landbouwtelling 2017. Hieruit werd geconcludeerd dat vooral groente- en fruitbedrijven de meeste korte ketens hebben. De sectoren die achterlopen zijn de vlees- en zuivelsectoren. De verklaring hiervoor is het feit dat relatief weinig bewerkingen tussen productie en consumptie makkelijker via korte ketens kunnen leveren.
Daarnaast is ontdekt dat de biologische sector in Nederland zich juist richt op de lange keten. Bedrijven met verbrede activiteiten zijn kennelijk niet altijd in staat het directere contact met consumenten in te zetten in meer omzet via de korte keten. Ook verbrede landbouwbedrijven richten zich meer op de lange keten.
De onderzoeker reageerde onlangs op de Tweede Kamerbrief van minister Schouten van LNV, over meer streekproducten in de supermarkt. Van de Schans geeft aan dat certificering een struikelblok kan vormen voor veel initiatieven. De eisen qua voedselveiligheid zijn gelijk voor producten uit de korte en lange keten. De onderzoeker vindt dit onlogisch, omdat korte ketens ervoor moeten zorgen dat producten sneller in de supermarkt terechtkomen. De controle-methodieken zouden volgens hem anders moeten wat betreft de korte keten.
Bron: © Wageningen University & Research, Agraaf