Energietransitie in de voedingsindustrie: Hoe dan?
Ondernemers sociëteit voedingsindustrie
B2B Communications
Wallbrink Crossmedia
Kijk ook eens op

Energietransitie in de voedings­in­dustrie: Hoe dan?

  • 29 januari 2024

De voedingsindustrie staat voor de uitdaging om de energietransitie te omarmen te midden van beperkte elektriciteitsinfrastructuur en een groeiende druk vanuit de overheid om afscheid te nemen van aardgas. Hoe kunnen producenten strategisch inspelen op deze uitdagingen? En welke stappen kunnen ze zetten om hun energieverbruik te verduurzamen? Rabobank legt uit.

Met een totaal energieverbruik van 82,4 petajoule, waarvan 70% afkomstig is van aardgas, staan voedingsmiddelenproducenten voor een complexe taak. Terwijl de sector in de afgelopen vijf jaar al 6% minder energie is gaan verbruiken, blijft een aanzienlijke energiebehoefte bestaan, met name in processen zoals bakken, koelen en pasteuriseren. Het voornemen van de overheid om in 2050 volledig van aardgas af te stappen, versterkt de noodzaak voor verandering.

Uitdagingen in de overgang naar groene stroom

Het alternatief voor aardgas, groene stroom, wordt bemoeilijkt door de volle elektriciteitsinfrastructuur in veel delen van Nederland. Daarnaast worden producenten op korte termijn geconfronteerd met stijgende belastingen op aardgas en ruimtelijke tegenwerking bij investeringen in lokale energie-aanvoer. Deze obstakels vragen om een proactieve benadering van de energietransitie.

Stappen naar duurzaamheid: reduceren, flexibiliseren, samenwerken

Reductie van Energieverbruik: efficiëntie als eerste stap
Producenten kunnen beginnen met het verminderen van hun energieverbruik door processen efficiënter te maken. Isolatie, het minimaliseren van verliezen in systemen, en het benutten van restwarmte zijn concrete stappen. Het gebruik van een Energie Management Systeem helpt bij het in kaart brengen van het energieverbruik.

Flexibilisering van de energievraag: optimaal benutten van groene stroom
Vooral bij continu productieprocessen is er behoefte aan flexibiliteit in de energievraag. Bedrijven kunnen dit realiseren door energie te bufferen. Dit kan variëren van slimme aansturing van bestaande assets tot het gebruik van warmtebatterijen, LFP-batterijen, en mogelijk in de toekomst, flowbatterijen.

Flexibilisering van het productieproces: stapsgewijze omschakeling naar groene energie
Met een toegenomen beschikbaarheid van groene energie uit de energiebuffers, kunnen producenten hun productieprocessen aanpassen. Investeringen in hybride oplossingen, zoals olie-gedragen ovens, bieden de flexibiliteit om te schakelen tussen gas en elektra. Andere groene energie-alternatieven, zoals biogas en waterstof, worden overwogen voor specifieke toepassingen.

Samenwerking voor efficiëntie: capaciteitsbeperkende contracten en energy hubs
Bedrijven kunnen samenwerken met buren en netbeheerders om energiegebruik te optimaliseren tijdens piekmomenten. Capaciteitsbeperkende contracten en groeps-ATO's zijn mogelijke oplossingen. Energy hubs bieden een gestructureerd systeem waar opwek, opslag en verbruik van elektriciteit op elkaar worden afgestemd.

De weg naar een duurzame energievoorziening voor de voedingsmiddelenindustrie vraagt om een geleidelijke aanpak en samenwerking binnen de sector. Het strategisch omgaan met de energietransitie is niet alleen een noodzaak maar biedt ook kansen voor bedrijven die vooruitdenken en zich aanpassen aan de veranderende energielandschap.

Rabobank.nl

Bron: Rabobank