Een desinfecterende droge damp die in een uur een productieruimte van bijvoorbeeld 500 kubieke meter desinfecteert. De ruimte is daarna direct klaar voor gebruik. Te mooi om waar te zijn? Sinds de Ctgb-toelating in 2016 groeit importeur en leverancier Simpel Desinfecteren gestaag door.
Een productieruimte in een droge desinfecterende damp zetten, vervangt de stap van het desinfecteren in het reinigingsproces. Bovendien: naspoelen is niet nodig. Schoonmakers hebben minder tijd nodig en er is een beter microbiologisch resultaat. De infectiedruk blijft permanent laag, aldus de importeur van het Nocotech-concept. Is dat niet te mooi om waar te zijn? “Die vraag krijg ik vaker”, aldus Hugo ter Hoeve, directeur-eigenaar van importeur en leverancier Simpel Desinfecteren. “Maar er zijn nu eenmaal veel voordelen. En de methode is non-corrosief, de damp tast materialen dus niet aan. Niet voor niets kregen wij van het College voor de toelating van gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb) een N-nummer. We zijn daarmee officieel toegelaten als desinfectiemiddel voor de voedingsindustrie.”
Basis van het concept is het apparaat dat een samengestelde vloeistof met 7,9 procent waterstofperoxide uitblaast, waarna het wordt omgezet in een droge desinfecterende damp. Zodra de OH-ionen in deze damp in aanraking komen met een bacterie, doden zij deze. De OH-ionen lossen vervolgens op. De damp moet minimaal dertig minuten in de afgesloten ruimte blijven om zijn werk te doen. Voor een ruimte van 500 kubieke meter geldt dat deze na een uur weer klaar is voor gebruik. Mededirecteur en -eigenaar Robert Kostrubiec vult aan: “Wij richten ons voornamelijk op de vlees- en visverwerkende bedrijven, omdat zij met de meest kwetsbare producten werken. De producten zijn vaak rauw én ze worden bewerkt. De eisen zijn daarom hoog, waardoor wij in deze markt de meeste toegevoegde waarde kunnen bieden.”
Early adopter Davie Bakker is kwaliteitsmanager bij Het Urker Zalmhuys, een jong en innovatief bedrijf gespecialiseerd in de verwerking van verse en gerookte zalm uit Noorwegen. Sinds 2016 werkt het bedrijf samen met Simpel Desinfecteren.
Bakker was een van de eerste die na de start van het bedrijf in 2016 met Ter Hoeve en Kostrubiec ging samenwerken. Bakker: “Ik kijk als kwaliteitsmanager altijd naar nieuwe ontwikkelingen die onze kwaliteit kunnen verbeteren, ook op het gebied van bedrijfshygiëne. Robert (Kostrubiec, red.) kwam op bezoek en vertelde over het concept. Ik zag direct mogelijkheden, maar ik heb eerst onze schoonmaakmedewerkers erbij betrokken. Zij waren ook positief, waarna ik een paar van hun klanten heb gebeld voor een referentie. Toen hebben we een test gedaan en het apparaat een maand op proef mogen gebruiken. Daarna was ik overtuigd.”
Bakker vroeg de leverancier wel al vrij snel een nieuwe machine voor hem te maken. Er zijn van oorsprong namelijk twee mobiele apparaten; de Nocospray en de – grotere – Nocomax. Beide hebben dezelfde toepassing, maar voor ruimtes van verschillende grootte. Bakker had behoefte aan een apparaat dat hij kon installeren aan de muur. Dat werd de Nocofix. “Het mobiele systeem werkte goed, maar we moesten het steeds naar verschillende productieruimtes verplaatsen. Er hangen nu vijf vaste units in verschillende productieruimtes. Deze zijn ingesteld op vaste tijden. Het apparaat geeft zelf aan wanneer we de vloeistof moeten bijvullen.” En voor wie nog niet overtuigd is: een soortgelijke methode wordt – vaak na een infectie-uitbraak – al jaren wereldwijd toegepast in ziekenhuizen.
De resultaten liegen niet. Bakker: “In de voormalige productiehal boekten we direct resultaat. Geen schimmelvorming meer op vochtige plekken en ook kitnaden bleven schoon. De microbiologische staat verbeterde zienderogen. Ook in onze nieuwe productiehal blijft de infectiedruk constant laag, ondanks dat we de desinfectiemethode alleen in het weekend gebruiken. Doordeweeks reinigen en desinfecteren we nog op de traditionele manier. Nocotech betekent voor ons zekerheid in het behouden van kwaliteit, een lage infectiedruk en lage microbiologische waarden.”
Het systeem past bovendien in een beleid om het milieu zo min mogelijk te belasten. Ter Hoeve: “Er is geen residu – dus blijven er geen schadelijke resten achter, en er is geen water nodig.” Hij besluit: “In het begin moesten we bedrijven overtuigen, maar we worden de laatste tijd steeds vaker gebeld. Het effect gaat van mond tot mond.”
Bron: © Ton Kastermans Fotografie