Biogrondstoffen spelen een cruciale rol in de transitie naar een klimaatneutrale en circulaire economie. Het kabinet heeft daarom een koers ingezet om laagwaardige toepassingen van biogrondstoffen af te bouwen en hoogwaardige toepassingen te stimuleren. Dit beleid sluit aan bij de aangescherpte Europese richtlijnen en de doelstellingen voor 2050.
Sinds 2020 worden subsidies voor laagwaardige toepassingen, zoals bijstook in kolencentrales, al stapsgewijs beëindigd. Het kabinet richt zich nu op het verduurzamen van de mobiliteitssector met biobrandstoffen en hernieuwbare brandstoffen, zoals synthetische kerosine voor luchtvaart. Elektrificatie biedt op termijn alternatieven, maar biobrandstoffen blijven voorlopig essentieel, met name voor zwaar transport en luchtvaart.
Binnen de bouwsector werkt het kabinet aan een Nationale Aanpak Biobased Bouwen. Materialen zoals hout en vezelhennep worden ingezet om duurzame bouwprojecten te realiseren. In de chemische industrie zijn biogrondstoffen eveneens onmisbaar. De recent geopende Avantium-fabriek, gespecialiseerd in recyclebare bioplastics, is hier een voorbeeld van. Innovaties als deze benadrukken de groene groeikansen voor Nederland.
Om biogrondstoffen verantwoord in te zetten, worden ze onderworpen aan strikte Europese duurzaamheidseisen, vastgelegd in de REDIII-richtlijn. Een robuust systeem van certificering en toezicht, uitgevoerd door de Nederlandse Emissieautoriteit, moet garanderen dat alleen duurzame biogrondstoffen worden ingezet.
Bron: Rijksoverheid